Zoeken in deze blog

vrijdag 19 juni 2015

Hemels weerzien

Terrwijl ze opstijgt, hoort ze het geluid van wegebbend geween. Een laatste blik naar beneden: ze ziet, hoe de familie rondom haar bed opstaat, elkaar omarmt en wegloopt.
En dan drapeert het wolkendek zich als een deken om haar heen. Kou deert haar niet meer.
Ze zweeft verder omhoog, een tocht naar het Oneindige. 

“Ooit zullen we elkaar weerzien”, had hij gezegd, toen hij in haar armen stierf. Wanhopig had ze zich aan hem vastgeklemd: “Nee, blijf.”
Hij ging en zij bleef achter.
De stilte was oorverdovend, de tijd kroop …

Ze spreidt haar vleugels uit op weg naar het Licht in de verte.
“Ik kom eraan, lief; nog heel even en ik ben bij je.”
Zijn gezicht lacht haar toe.